2020-12-02 Oisterwijk

Dag medelopers en helaas nog afwezige Jan, 

2020-12-02Oisterwijk007Vandaag troffen we elkaar bij Ruud in Cromvoirt.
Dat 5 december heel snel volgt hadden we gehoord.
We werden verrast met koffie en een warme banketstaaf.
De moeite van het lopen waard en het eten was beslist geen opgaaf.

Op naar Oisterwijk, een plek waar we vaker hebben gelopen (2019-05-08; 2017-09-27; 2015-06-10; 2014-08-20; 2012-07-11; 2011-02-09; 2010-08-25; 2008-07-30). De lengte van de knooppuntenwandeling werd 12,5 km, er scheen geen zon, het was grijs nevelig en een gedekte lucht. Een combinatie die maakte dat je de stilte kon horen! Fantastisch om in dit rijke gebied te lopen. We ontmoeten veel vennen en lieten ons niet afschrikken door de “Oerr” kreet van Natuurmonumenten.

De bank inspireerde ons om verder te kijken. Het geheugen van Cor had al gemeld dat de Trabantjes ergens moesten staan: en jawel ze waren er (nog)! Het is duidelijk dat deze eigenaar de TV-signalen nog uit de lucht harkt. De bewoner even verder op is kennelijk bang dat de Post.NL-medewerkers over slechte ogen beschikken.

Het stenen bankmonument stamt uit het 2e decennium van de vorige eeuw. De tand des tijds zorgde dat sommigen van ons zich moesten blindstaren. Google levert ook nog informatie over de laan waar we de auto neerzetten.

Op sommige plaatsen bleek de natuur in verval en op verzoek van Ruud ontrukten wij de (plastic?) rozen aan de vergetelheid. En Cor zag de gespannen boog! We “vallen” van het ene ven in het andere. Steeds weer de moeite waard, ook al werd onze blik plotseling door een potsierlijke witte engel getergd. De twee zwanen op afstand maakten alles weer goed.

Ton

Dienstmededeling: Volgende keer starten we bij Cor.

 
Foto’s 2020-12-02:

GELEEND

In de Oisterwijkse bossen staan veel banken; gewone, eenvoudige banken waarop het even goed uitrusten is. Twee banken springen er echter uit omdat ze niet voor het magere achterwerk van een wandelaar lijken geschapen, maar voor het zitvlees van hoge heren, liefst ook nog geschreven met hoofdletters. Dat zijn de Wiersmabank bij het Kolkven en de Van Tienhovenbank bij het Van Eschenven.

De Wiersmabank is gebouwd tijdens de Eerste Wereldoorlog. In steen uitgehakte wapenschilden maken duidelijk dat onder anderen adellijke personen zich hebben bekommerd om de natuurlijke pracht van het vennengebied. De Wiersmabank herinnert aan de aankoop van de bossen waarin het nu zo heerlijk wandelen is. Het bakstenen bouwwerk ligt ietwat verscholen aan de rand van het Kolkven, zo geheten omdat in deze diepe waterplas ooit kolken hebben gezeten.

Een half uur gaans in de richting van het bezoekerscentrum van de Verenging Natuurmonumenten aan de Van Tienhovenlaan staat de Van Tienhovenbank. Er is nog iets in de buurt wat aan Van Tienhoven herinnert: midden op de Kampina ligt het uit zwerfkeien opgetrokken graf van de man die doorgaat als een van de grootste natuurbeschermers die Nederland ooit heeft gekend. De in 1953 gestorven Van Tienhoven was jarenlang voorzitter van en drijvende kracht achter de vereniging.

Helaas is deze curieuze laatste rustplaats met de asurn van Van Tienhoven alleen voor de leden van Natuurmonumenten bereikbaar. Of de natuurgenieter moet per trein richting Oisterwijk toeren. Een gecombineerd kaartje biedt ook aan niet-leden de mogelijkheid een bedevaart te maken naar het graf midden in het gebied dat ooit eigendom was van de familie Van Tienhoven. Pa van Tienhoven kocht de onder Boxtel gelegen Kampina in 1904. In 1942 werd het gebied aan de vereniging verkocht. ‘Vogelen Piet’, zoals de vriend van Jac. P. Thijsse van de Verkade-natuuralbums was bijgenaamd, wilde daar rusten: op een met heide bedekte stuifzandheuvel met uitzicht op een ven.

In 1935 gebeurde er iets waaruit heel goed duidelijk wordt wat de betekenis van Van Tienhoven voor het behoud van de Kampina en het Oisterwijkse bossen- en vennengebied is geweest. Het waterschap zette het in zijn hoofd om de loop van het riviertje De Beerze over de Kampina te kanaliseren. Dergelijke ‘fouten’ in het verleden gemaakt, worden overigens nu her en der weer rechtgezet door de stroompjes hun meanders terug te geven. Maar Van Tienhoven had in 1935 al in de gaten dat dat onzalige plan niet uitgevoerd mocht worden.

Van Tienhoven mobiliseerde zijn vrienden en wist gedaan te krijgen dat De Beerze over de Kampina zijn natuurlijke loop kon blijven volgen. Uit dank voor zijn inzet voor de Oisterwijkse natuur schonk het gemeentebestuur hem datzelfde jaar de Van Tienhovenbank. De notabelen spraken geheel in hun geest en in de geest van de tijd hun erkentelijkheid uit door middel van een bank die op zijn zachtst gezegd pompeus is. Wellicht hebben ze toen in de eerste plaats aan hun eigen zitvlees gedacht. Ruimte genoeg daarvoor op de bakstenen bank.

Een plaquette herinnert aan het waarom van de Van Tienhovenbank, maar laat niets los over de ongetwijfeld talloze dagdromen die op deze idyllische plek ooit zijn gedroomd. Over de verliefde stelletjes die vanaf de bank over het Van Eschenven hebben uitgekeken. Over al die wandelaars en natuurliefhebbers die hier hebben genoten van het werk van Moeder Natuur en haar helpende hand ‘Vogelen Piet’ van Tienhoven.